Ik ben terug begonnen aan een taal leren, het is te zeggen, een taal die ik eigenlijk al moest kennen: Frans.
De aandachtige lezer van mijn blog zal wel gemerkt hebben dat ik al een tijd interesse heb om mijn Frans bij te schaven.
Daar zijn velerlei redenen voor: voor zaken, voor de politiek, omdat het een mooie taal is.
Nu ben ik er aan begonnen. 30 uren Frans. Privéles. Tijdens het werk, dus geen excuses.
Ik vertelde mijn lerares Frans over Anki & de spaced repetition-techniek. Ze kende de techniek wel, maar Anki specifiek niet.
Toen ik Japans leerde, kwam ik een site tegen die WaniKani heet. Die site dient om de Kanji te leren via een visuele methode.
Bij het bestuderen van leermethodes kwam ik de “spaced repetition“ methode tegen. Het idee is eigenlijk eenvoudig. Beeld je een hoop kaartjes in met op de voorkant wat je moet vertalen en de achterkant de vertaling.
Dan probeer je elk kaartje individueel te vertalen. Als het gemakkelijk is, leg je het op de “makkelijk” stapel. Als het goed ging, leg je het op de “goed” stapel. En dan is er de laatste stapel voor als je het niet wist.
Nu is het idee dat je de “makkelijk”-stapel pas na 14 dagen herhaalt, maar dat de woorden van de “goed” stapel na een paar dagen herhaalt, en dat je die van de “slecht”/”lukte niet”-stapel de volgende dag herhaalt.
Dan neem je een aantal woorden per dag vast, en zo oefen je op de woorden die je niet goed kan. Er zit dan een algoritme achter waar je dan de woorden waar je het moeilijk mee hebt na een tijd terug voorgeschoteld krijgt, en mettertijd leer je dus alles.
Ik ben er terug mee begonnen. Ik heb vorige week mijn woordjes in mijn “deck” gezet. Elke Franse les komen daar ook nieuwe woorden bij. Nu heb ik net de 1e oefensessie achter de rug. Hopelijk wordt het een goede gewoonte.